Zelfeffectiviteit; het vertrouwen van een sprinter

Nieuwsbrief oktober 2020

Wat sommige wielrenners gemeen hebben met onze patiënten

Ik ben een groot liefhebber van wielrennen. Zowel van ritten kijken op de televisie als van het zelf doen. 
Heerlijk touren door ons mooie land, mountainbiken in het bos of ergens een berg oprijden in het buitenland. 

Van grote pelotons die door een dorp razen en hard roepen dat iedereen aan de kant moet ben ik dan weer géén fan. 

Laatst keek ik de 20e etappe van de Tour de France. Het was een vlakke rit zoals dat heet.
Met een eindsprint.
Sam Bennet won. 

Uiteraard werd hij na afloop door journalisten bevraagd hoe het ging en hoe hij had gewonnen. Al na twee woorden brak hij. 
Jankend van blijdschap vervolgde hij het hele interview.
Geweldig mooi! 
Een beresterke vent die echt zijn emoties durft te tonen. Prachtig!

Later op de avond zag ik een opname van Sam tijdens het diner met zijn team. Hij sprak zijn team toe….en brak wederom. 
Hij zei: “Iedereen bedankt dat jullie het vertrouwen in mij zijn blijven houden en mij gesteund hebben. Vaak heb ik geen vertrouwen in mijzelf.” 

Wat??!! Menigeen in het peloton vreest de kracht van Bennet. En ziet hem als een enorm sterke sprinter.
En hij heeft geen vertrouwen in zichzelf??!!

Nee dus. Sam ziet zichzelf niet als een sterke sprinter. Denkt vaak dat hij het niet kan. 
In de literatuur noemt men dit ‘zelfeffectiviteit’.
Het is het vertrouwen dat iemand heeft in zijn eigen kunnen en in zijn eigen kans van slagen. 

Sam vertrouwt er niet op dat hij het kan. Hij heeft een geringe zelfeffectiviteit.
Al zou je dat aan de buitenkant niet zeggen. 

Precies dát is het lastige van zelfeffectiviteit. Je kunt het niet zien. Schijn bedriegt vaak.
Ook bij onze patiënten. 

Het is daarom belangrijk er bij je patiënten expliciet naar te vragen. Dat blijkt een scherper beeld op te leveren.
Je zou bij je patiënten zelfs kunnen vragen er een cijfer tussen 0 en 10 aan te geven. Zodat je bij lage cijfers er samen aan kunt werken en het daardoor verbetert.

Een stok achter de deur helpt dan, zoals een herinnering in iemands agenda. 
Of het opdoen van een positieve ervaring.
En sociale steun.
En nog veel meer! In de verdiepingscursus Gedragsverandering 2.0 leer je hier meer over.

Hoe verging het Sam Bennet verder in de Tour?
Bennet won dit jaar de groene trui, de ‘sprinterstrui’ zeg maar.
Hij is dus de beste van allemaal.

En hij won de sprint waar iedere sprinter van droomt: die op de Champs-Élysées.
Dat geeft ‘moraal’: Sam’s zelfeffectiviteit zal aanzienlijk verbeterd zijn. Want succes hebben helpt ook om meer zelfeffectiviteit te krijgen

Werkse, geniet van ons mooie vak!

Reacties zijn gesloten.